6 januari 2015
Willems en Van Pelt happen stof
Maik Willems zei het expres niet hardop tegen Rob van Pelt naast hem, maar hij dacht het wel: ‘Om vijf uur zitten we lekker aan een koud biertje in het bivak’. De gedachte alleen al was in de tweede etappe van de Dakar 2015 vragen om moeilijkheden. Helemaal onder het stof en totaal verfomfaaid rolden Willems en Van Pelt ’s avonds laat in San Juan uit de Toyota.
Zoals zovelen hadden de heren van het Bastion Dakar-team halverwege de 518 kilometer lange tweede proef het idee dat het allemaal wel meeviel, ondanks de schroeiende hitte. Maar dat was voor de laatste 150 kilometer, die Willems en Van Pelt uren kostte. “Dat noemen ze tegenwoordig uitdagend, toch? Tjongejonge,” verzuchtte Willems. “Tientallen kilometers fesh-fesh, de ene zak meel nog dieper dan de andere. Overal stonden auto’s vast, dus daar moest je omheen, terwijl je wel moest blijven rollen om niet ook vast te zitten. Dat werd dus het Open Argentijns kampioenschap boompjes rooien en ondertussen in de gaten houden waar de route was. Gelukkig is Rob daar heel goed in, dus we zijn niet te ver uit koers geraakt.”
Na het fesh-fesh-gevecht was het nog niet voorbij. Het laatste deel van de proef bestond uit een lang knippenpad door kleine duintjes, maar dat terrein was al helemaal aan gort gereden. “Dat stuk zand leek verdacht veel op duinen,” vond Willems. “Ik moest zowaar de banden van de Toyota aflaten om er doorheen te komen, maar toen kroop de auto wel overal tegenop. Dat kan ‘ie allemaal wel, maar degene die heeft gezegd dat deze auto stofvrij is en voorzien van airco, heeft wel een heel goeie sales-cursus gehad. Voor een stofvrije auto komen wij er wel heel verfomfaaid uit iedere keer.”
Wat bepaald niet hielp, was dat Willems er een kilometer of 20 voor de finish een zijruitje uit reed. Een tak nam wraak voor de eerder ondersteboven gereden boompjes door het ruitje kapot te slaan, waardoor de mannen overdekt met stof uit de wagen kwamen. Snakkend naar een douche en wel twee koude biertjes. “Maar toch, hier doe je het voor: ’s avonds kapot aan de finish staan. Anders is er toch ook niks aan?”