15 januari 2016

Willems op sleeptouw over de keien: Een bijzondere ervaring

Tot 250 kilometer in de elfde etappe ging het uitstekend met Maik Willems, Rob van Pelt en hun knaloranje Toyota. De volgende 120 kilometer was het knokken, hannesen en zoeken naar het probleem. De laatste 40 kilometer brachten ze door met uitzicht op de kont van de Ginaf van Ed Wigman, de snelle assistentie van Riwald. “Een bijzondere ervaring,” vond Maik Willems.

‘Een of andere sensor die kapot was’ bleek uiteindelijk de boosdoener. Willems en Van Pelt hadden er tijdens de special geen vinger achter kunnen krijgen. Een keer of vijf waren ze gestopt om te zoeken wat ervoor zorgde dat de auto haperde. “Maar al hadden we uitgevonden dat het een sensor was, dan hadden we die niet bij ons gehad,” vertelde Willems.
De dag begon best aardig. De eerste 250 kilometer van de proef naar San Juan waren pittig, vanwege de fesh-fesh en de knippenpaden, maar Willems kwam er goed doorheen. “Vanaf 250 kilometer begon de auto te haperen en dat werd steeds erger, tot het punt dat er weinig meer gebeurde.”

Precies op dat moment dook de Ginaf van Wigman op uit het stof. Wigman had Willems en Van Pelt eerder deze week al gered, toen een kromme jack niet meer terug in zijn huisje wilde en ook nu bood Wigman uitkomst: ‘Hang ‘m er maar achter’. “Op sleeptouw bij een truck, over de keien, door een paar doorwadingen: het was een nieuwe en bijzondere ervaring. Hebben we dat ook eens meegemaakt,” zei Willems nuchter. “En straks gaan we weer gewoon van start. Het wordt een lange dag, maar Rosario lonkt.”
Dat doet het ook voor Peter Merceij en Peter Erren, die een redelijk probleemloze dag hadden in de zin van vast zitten, mechanische pech of schade. De Peters waren wel moe geweest na de inspanningen van een dag eerder - 200 kilometer zonder koppeling door de duinen - en de korte nacht. “Het fesh-fesh was bizar omgeploegd, maar we hebben niet vast gestaan,” zei Merceij trots. “Het enige probleem dat we hebben gehad was de warmte. Het water was zo warm dat je ervan moest kokhalzen. Van een groep Argentijnen langs de route hebben we twee flessen ijswater gekregen. Die durfden we niet op te drinken, maar we hebben het wel in de overalls gekieperd. Dat koelde heerlijk af.”