9 januari 2016

Willems: Dit was mooi jakkeren

Het was nog even prutsen en knutselen bij de start van de zesde etappe, maar 3 minuten voor vertrek hadden Maik Willems en Rob van Pelt de draadjes voor de onderlinge communicatie in de auto weer aan elkaar geknoopt. Daardoor hoefde Van Pelt de notes uit het roadbook niet naar zijn chauffeur te schreeuwen. Dat was wel zo handig in de proef van 542 kilometer waarin een foutje snel gemaakt was.

Scherpe concentratie en goede communicatie was vereist op het rondje rond het zoutmeer van Uyuni. “Het was snel, en er zaten gemene, onoverzichtelijke stukken in,” vertelt Willems terug in het bivak. “Juist doordat het zo snel was - ons gemiddelde lag rond de 90 - moest je alert blijven. Ook qua navigatie was het best pittig, heb ik me laten vertellen, maar op een paar kleine dingetjes na hebben we niks fout gedaan. En op de moeilijkste stukken stond het zwart van de mensen, dus daar kwam Rob goed mee weg.”
Willems heeft het over het algemeen niet zo op snelle proeven. Jakkeren, daar houdt hij niet van. “Maar dit was mooi jakkeren. Een gevarieerde, uitdagende special, heel afwisselend met zand, rotsen, stenen en snelle paden.” Die proef leverde het Bastion Dakar Team een keurige veertigste plaats op. De teamgenoten van Kamera Express (Peter Merceij en Peter Erren) noteerden de 56ste tijd
Eén keer moesten Willems en Van Pelt uit de Toyota om een lekke band te wisselen. Bij aankomst aan de finish bleken ze die onderweg te zijn verloren. “Toen we hoorden dat de auto van Bernhard ten Brinke is afgebrand door een hete band die ze net hadden gewisseld, moest ik wel even slikken,” zegt Willems. “Dat is wel een beetje meer dan sneu.”